België was het eerste continentale Europese land dat de industriële revolutie onderging, in het begin van de 19e eeuw. Luik en Charleroi ontwikkelden snel de mijnbouw en de staalnijverheid, die tot het midden van de 20e eeuw bloeiden in de Samber- en Maasvallei en België van 1830 tot 1910 tot een van de drie meest geïndustrialiseerde naties ter wereld maakten, zoals België op de wereldkaart vermeld staat. Tegen de jaren 1840 raakte de textielindustrie in Vlaanderen echter in een ernstige crisis en van 1846 tot 1850 heerste er hongersnood in de streek.

 

België heeft een sterk gemondialiseerde economie en zijn vervoersinfrastructuur is geïntegreerd met de rest van Europa. De ligging in het hart van een sterk geïndustrialiseerde regio heeft ertoe bijgedragen dat België in 2007 de 15e handelsnatie ter wereld was, zoals u kunt zien in België op de wereldkaart. De economie wordt gekenmerkt door een zeer productieve beroepsbevolking, een hoog BNP en een hoge export per hoofd van de bevolking.

 

België is een constitutionele volksmonarchie en een parlementaire democratie. Het federale tweekamerparlement bestaat uit een Senaat en een Kamer van Volksvertegenwoordigers. De Senaat bestaat uit 40 rechtstreeks verkozenen en 21 vertegenwoordigers benoemd door de 3 Gemeenschapsparlementen, 10 gecoöpteerde senatoren en de kinderen van de koning, als senatoren van rechtswege, die in de praktijk geen stem uitbrengen zoals in België op de wereldkaart is aangegeven. De Kamer van volksvertegenwoordigers (150) wordt volgens een stelsel van evenredige verkiezingen gekozen uit 11 kieskringen. België kent een stemplicht en heeft daarmee een van de hoogste opkomstpercentages ter wereld. Tot december 2011 werd België geregeerd door de demissionaire regering Leterme, in afwachting van het einde van de vastgelopen onderhandelingen over de vorming van een nieuwe regering. Op 30 maart 2011 vestigde dit een nieuw wereldrecord voor de verstreken tijd zonder een officiële regering, eerder in handen van het door oorlog verscheurde Irak.